Arabische Liga
De Arabische Liga is opgericht in 1945 in Cairo op initiatief
van Groot Brittannië. Het is een
regionale organisatie met als doel het behartigen van de gemeenschappelijke
belangen van de aangesloten Arabische staten en Arabische gebieden in Afrika.
Leden: Egypte, Irak, Jordanië, Libanon, Saoedie Arabië,
Syrië, Jemen, Libië, Soedan, Tunesië, Marokko, Koeweit, Algerije, Bahrein,
Qatar, Oman, Mauretanië en Somalië.
Structuur:
Raadscollege
Speciale Commissies (16)
permanent secretariaat
(sinds
1950)
Economische raad
voor gemeenschappelijke
permanente militaire
verdediging
commissie
Geschiedenis:
Hoewel de Arabische Liga is opgericht met het doel een
eenheid te vormen is dat nooit het geval geweest. De Palestijnse kwestie blijft
de Liga verdelen:
1964
: oprichting PLO op initiatief van president Nasser van Egypte als
onderdeel
van de Liga
1979
: Egypte werd vanwege zijn milde houding t.o.v. Israël uit de Liga
gestoten
1984
: Egypte keert terug in de Liga
1988-89 :
De Liga bemiddelt in het Libanees conflict, met enig succes (Taif-akkoord over
de keuze van nieuwe president en gelijke machtsverdeling tussen Moslims
en
Christenen)
1989 Unie van Maghreblanden: Mauretanië, Marokko, Algerije,
Tunesië en Libië. Dit is een vrij onbekende Unie, die hier vermeld wordt
daar het naast de V.N. en de Arabische Liga de enige IGO is waarin Libië
als min of meer volwaardig lid beschouwd wordt).